Werk veilig.
Houd plezier.
Kijk vooruit.

Wat zeg je!?

03 maart 2020

Wat zeg je!?

In de bouw zien we dat het aantal mensen met gehoorschade afneemt. Helaas vormen jongeren hierop een uitzondering. Bij velen is zelfs al een gehoordip geconstateerd nog voor ze goed en wel in de bouw starten. Last van geluid hebben we natuurlijk allemaal wel eens. Wat denk je bijvoorbeeld van de collega die zich uitleeft met een slijptol? Geluid dat echter zo hard is dat het als hinderlijk wordt ervaren, noemen we lawaai. Wanneer iemand geluid als lawaai ervaart, zal door iedereen anders worden ervaren. Feit blijft dat lawaai blijvende gehoorschade kan veroorzaken. Gelukkig neemt het gebruik van gehoorbescherming toe op de bouwplaats. Maar waarom is dit nu zo belangrijk?

Tikje zachter

Gehoorschade is over het algemeen niet omkeerbaar en heeft niet alleen grote gevolgen voor de veiligheid op de bouwplaats, maar ook voor de sociale omgang. In de bouw- en infrasector geeft maar liefst 45% van het bouwplaatspersoneel aan last te hebben van lawaaioverlast en 13% is daadwerkelijk lawaaislechthorend. Verontrustende cijfers, zeker als je bedenkt wat de gevolgen hiervan zijn op de bouwplaats. Je verstaat je collega’s niet of verkeerd, mist waarschuwingssignalen en de radio moet steeds harder. De radio een tikje zachter is dan ineens nog niet zo’n gek idee. Of plaats meer radio’s verspreid over de bouwplaats, in plaats van één keihard.

Hoe hard is te hard?

Er is een eenvoudige regel om te bepalen of hard te hard is. Als je een meter bij iemand vandaan staat en je moet je stem verheffen om elkaar te verstaan dan is het omgevingsgeluid te hard. Dat wil zeggen: als je de hele dag in deze omstandigheden werkt, kan dit op termijn blijvende schade aanrichten. Gelukkig zijn er veel dingen die je zelf kunt doen om lawaaislechthorendheid te voorkomen. Leg je spullen neer in plaats van ze te gooien, zet machines uit als je ze niet gebruikt, gebruik geluidbeperkende middelen en houd afstand (waar mogelijk).

Eenvoudige maatregelen

Ook wat betreft het materieel zijn er dingen die je zelf kunt ondernemen. Zorg voor tijdig onderhoud, laat de machines het werk doen en gebruik ze waar ze voor bedoeld zijn. Ook scheelt het als je werkstukken vastzet om zo trilling te voorkomen. Lawaaihinder kun je ook ondervinden als je rijdt en daar valt op de bouwplaats niet aan te ontkomen. Wat jij wel kunt doen? Rijd rustig en voorkom een onnodig hoog toerental. Pas het vermogen aan de activiteit aan, zet een machine niet automatisch op vol vermogen en, sowieso belangrijk, probeer de cabine zoveel mogelijk gesloten te houden. Twee vliegen in een klap, want dat beperkt ook direct je blootstelling aan DME en andere stoffen. Stuk voor stuk geen hele ingrijpende maatregelen, maar wel maatregelen die ervoor zorgen dat jij er ook na je pensioen nog bij ‘hoort’.

Meer weten?

Alle informatie en tips op het gebied van lawaai staan in de praktische Toolbox Lawaai.

contact