Werk veilig.
Houd plezier.
Kijk vooruit.

Eén skillstaal voor Nederland: hoe werkt dat voor de Bouw & Infra?

Nederland heeft sinds kort een eigen ‘skillstaal’. Dit klinkt misschien als een term uit de straattaal die veel jongeren tegenwoordig hanteren. Dat is het niet. Skillstaal is ontwikkeld om verder te kijken dan een diploma of certificaat. De skillstaal staat voor wat iemand kan en welke vaardigheden er nog ontwikkeld kunnen worden. Zo wordt er afgestapt van een traditionele manier van personeel werven en behouden.

De arbeidsmarkt verandert snel en de inhoud van ons werk wordt anders. We wisselen vaker van baan en werken langer door. Diploma’s en cv’s laten daardoor niet altijd meer goed zien wat iemand precies kan, of voor welk werk iemand geschikt is. Op de ideale arbeidsmarkt zit de juiste persoon op de juiste plek, maar wat is nou die ‘juiste plaats’? 

Skillstaal als landelijke ‘standaardtaal’

In de praktijk is die perfecte ‘match’ er namelijk vaak niet. Werkgevers kijken nog te vaak naar opleiding en werkervaring en te weinig naar de ‘skills’ die iemand heeft of kan ontwikkelen. Om die skills wél te kunnen zien, is een meer complete beschrijving nodig van de vaardigheden en kennis(gebieden) van mensen. Die skillstaal is er nu gekomen in de vorm van ‘CompetentNL’. Dit is een landelijke standaard voor het nauwkeurig beschrijven van die skills. Dit maakt het veel makkelijk om te praten over ontwikkeling.

De skillstaal van CompetentNL wordt in DSP gebruikt om skills centraal te stellen
De skillstaal van CompetentNL wordt in het Digitaal Skills Paspoort gebruikt om skills centraal te stellen

Gebruik de skillstaal op twee manieren

CompetentNL kan op twee manieren als skillstaal worden ingezet:

  • Als taal, zodat dezelfde woorden worden gebruikt voor dezelfde skills in functieomschrijvingen, vacatureteksten, kandidaatprofielen, onderwijs en opleiding.
  • Als dataset, die kan worden gebruikt in softwaretoepassingen voor arbeidsmarkt en onderwijs, zoals matchingtools en skillspaspoorten.

Eén van die skillspaspoorten is het Digitaal Skills Paspoort (DSP) voor de Bouw & Infra. “Met het Digitaal Skills Paspoort gaan we de werkgever ook helpen om de taken die iemand nodig heeft om de functie uit te oefenen, goed in beeld te brengen”, legt Claudia Klarenbeek, specialist Digitaal Skills Paspoort en skills-based ontwikkelen bij Volandis, uit. De skillstaal van CompetentNL wordt in DSP gebruikt om skills centraal te stellen.

Zo werkt skillstaal in DSP

Zo werkt DSP met CompetentNL
Video play

CompetentNL is in Nederland officieel ingevoerd als 'skillstaal'. Dit maakt het mogelijk om meer te praten over wat iemand kan en nog kan ontwikkelen, dan denken in diploma's of certificaten. Dit maakt informeel leren - oftewel: leren in de praktijk - makkelijker. In de Bouw & Infra kan dit met het Digitaal Skills Paspoort (DSP). In deze video wordt duidelijk hoe je met het DSP aan je skills kunt werken.

Eén van die skillspaspoorten is het Digitaal Skills Paspoort (DSP) voor de Bouw & Infra. “Met het Digitaal Skills Paspoort gaan we de werkgever ook helpen om de taken die iemand nodig heeft om de functie uit te oefenen, goed in beeld te brengen”, legt Claudia Klarenbeek, specialist Digitaal Skills Paspoort en skills-based ontwikkelen bij Volandis, uit. De skillstaal van CompetentNL wordt in DSP gebruikt om skills centraal te stellen.

Spreek gezamenlijk dezelfde taal

“Het is bijvoorbeeld interessant om te kijken: welke skills heb ik nodig om bijvoorbeeld een carrièreswitch te maken, of naar een andere sector te gaan”, vervolgt Claudia. Hoe werkt het DSP dan om meer in skills te denken? “DSP begint met het invullen van de functieomschrijving”, voegt Ilse Sloof, projectmedewerker Digitaal Skills Paspoort bij Volandis, hieraan toe. De werkgever en de werknemer vullen allebei de functieomschrijving in en daardoor gaan de skills in het Digitaal Skills Paspoort draaien.” 

“Deze cirkels zeggen hoe de werknemer zichzelf ziet in bepaalde taken, en hoe de werkgever de werknemer ziet in zijn taken. Dat kan op één lijn liggen, maar dat kan bijvoorbeeld ook uit elkaar liggen, en dat geeft dan een aanleiding voor een gesprek over leren en ontwikkelen”, aldus Ilse. “De werknemer houdt zelf zijn werkzaamheden en ervaring bij in een tijdslijn en daarbij houdt die altijd zelf de regie over wat die daarin zet.” 

“Hij bepaalt ook wie wat zou mogen zien. Opleiders kunnen aan de hand van het Digitaal Skills Paspoort advies geven over opleidings- en ontwikkeltrajecten van de werknemer, en hierdoor krijg je een lerende driehoek”, vervolgt Ilse. “Het gesprek vindt plaats tussen de werknemer, werkgever en opleider. Zo kan de werknemer zich optimaal ontwikkelen.”

contact